maandag 23 juli 2012

Het mangrove bos en een strand voor ons alleen







Koh Kong is lang afgeschermd geweest en is het ondoordringbare gebied tussen Cambodja en Thailand waar de Rode Khmer zich nog meer dan 20 jaar verstopten. Pol Pot is hier in het woud gestorven. Koh Kong is ook het gebied waar nog veel malaria is en waarvoor we dus sinds Phnom Penh de pilletjes moeten pakken. Van de muggen hebben we niet meer last dan in de andere gebieden die we al bezochten, zelfs niet nu in het regenseizoen. De bloedzuigers waren gisteren vervelender. Alice is de winnaar met zes beten. Ik heb er geen een, waardoor bewezen is dat die beesten smaak hebben.

We logeren in een ecolodge, dat betekent alleen koud water en weinig elektriciteit. Maar voor een paar dagen kunnen we dat wel aan. Als we met de boot worden afgezet aan de brug en met de tuktuk richting mangrove rijden, is het duidelijk dat het ongerepte karakter van dit gebied vlug zal veranderen. In de buurt van de brug is men een resort aan het bouwen en aan de mangrove behoren we voorlopig tot de weinige toeristen (vandaag zien we er nog twee in de mangrove en een paar in de stad Koh Kong zelf). De lokale overheid is ook volop bezig met het bouwen van aanlegsteigers. Als je zin hebt om nog een stukje ongerept Azië te ontdekken, wacht dan niet te lang…

We stappen de mangrove door maar door het lage water is er behalve wat kleine visjes weinig te ontdekken. We huren een boot en varen af naar de zee. We leggen aan op een wit strandje. De kinderen dopen het eilandkrabben. Het zit er vol van! De kinderen hebben hun handen vol met het zoeken naar schelpen en gaan op krabbenjacht. Weinig succesvol omdat de kleine krabbetjes supersnel zijn en de grote de scherpe scharen hebben. Ze rennen en spelen, dat het een lieve lust is. We zitten niet voor niets helemaal alleen op het verlaten strandje;





















































Het is bloedheet en de zon brandt op onze schouders. Het terugtochtje met ons gammele bootje doet deugd. Daarna bezoeken we kort het stadje Koh Kong en drinken we heerlijke koffie ( Honney bunny voor Krista) bij café Laurent. Onze Laurent heeft zo overal zijn zaakjes. Marie had ons over deze nog niets verteld. Wel een prachtig uitzicht op de rivier. Als we terug in onze ecolodge zijn, ga ik nog zwemmen met de jungle queens (Alice en Hawy) en met Oscar in de Tatai rivier. Heerlijk water en diep waardoor er om het meest in het water wordt gesprongen. We eindigen onze dag met een kanotochtje. En sinds kamp Noord en Zuid zich hebben verenigd, beginnen we de avond met een gin-tonic (Bombay saphire - the real stuff) en een spelletje dat de familie D. uit Ertvelde ons heeft geleerd. Ik laat de uitslag van de grote Dalmuti nog even voor het einde van de reis. Fabrice

Geen opmerkingen:

Een reactie posten